Met nieuwe wetgeving wil de Minister van Rechtsbescherming het straks moeilijker maken om fraude te plegen met een turboliquidatie. Voor schuldeisers is het op dit moment namelijk moeilijk te controleren of er ten tijde van de turboliquidatie echt geen baten aanwezig waren in de onderneming. Daarom moeten bestuurders straks meer verantwoording afleggen over de redenen van een turboliquidatie.
Turboliquidatie
In een eerder blog vertelden wij u wat een turboliquidatie precies is en wat de voorwaarden, voordelen en risico’s van een turboliquidatie zijn.
In het kort komt het erop neer dat een turboliquidatie, de naam zegt het al, een snelle (en goedkope) manier is om een feitelijk ‘lege’ vennootschap te ontbinden en liquideren. Als de algemene vergadering van aandeelhouders besluit tot een turboliquidatie houdt de vennootschap direct op te bestaan. De vennootschap hoeft dan alleen nog maar bij het Handelsregister van de Kamer van Koophandel te worden uitgeschreven.
De voorwaarden voor een turboliquidatie zijn:
- Er mogen op het moment dat de algemene vergadering het besluit tot ontbinding neemt geen bekende baten meer in de vennootschap aanwezig zijn.
- De vennootschap mag vlak voor de het besluit tot turboliquidatie niet selectief betalingen doen om de wel aanwezige baten te laten verdwijnen.
- De doorlopende verplichtingen van de vennootschap moeten op de juiste wijze zijn beëindigd.
Zijn er nog wel baten in de vennootschap aanwezig? Dan is een turboliquidatie geen optie en moet het vermogen van de vennootschap worden vereffend.
Misbruik en fraudegevoeligheid van turboliquidaties
In de praktijk blijkt echter dat er nog wel eens misbruik wordt gemaakt van de turboliquidatie. De procedure is namelijk weinig transparant en het bestuur van de geliquideerde vennootschap heeft weinig verplichtingen. Zo hoeft zij de schuldeisers niet over de ontbinding te informeren. Er is ook geen instantie die controleert of er daadwerkelijk geen baten aanwezig waren in de vennootschap.
Schuldeisers die weten of vermoeden dat die baten er wel waren kunnen bij de rechtbank vragen om heropening en vereffening. In de praktijk blijkt dit ingewikkeld. Zij moeten daarvoor namelijk aantonen dat zij benadeeld zijn, terwijl dat juist bij een turboliquidatie vaak moeilijk is. Het bestuur heeft bij een turboliquidatie namelijk ook geen verantwoordingsplicht en hoeft ook geen slotbalans te deponeren. Daardoor hebben schuldeisers feitelijk geen inzicht in de financiële positie van de vennootschap en hebben zij vaak het nakijken.
Nieuwe wetgeving
Om deze reden heeft de Minister voor Rechtsbescherming, Sander Dekker, aangekondigd dat hij met nieuwe wetgeving zal komen. Daarbij heeft hij aangegeven dat hij de mogelijkheid van turboliquidatie wil behouden, ook als er schulden zijn. De minister vindt het namelijk van belang dat rechtspersonen eenvoudig kunnen worden opgericht en ook weer eenvoudig kunnen worden gestaakt.
Met de nieuwe regels wil de minister de positie van schuldeisers bij turboliquidaties verbeteren. Daarvoor heeft hij onder meer de volgende maatregelen aangekondigd:
- Bij een turboliquidatie wordt het bestuur verplicht om een slotbalans op te stellen en te deponeren.
- Deze slotbalans moet worden vergezeld van een verklaring waarin moet worden vermeld waarom de baten ontbreken.
- Het bestuur wordt verplicht om de turboliquidatie bekend te maken en aan te geven dat voornoemde documenten ter inzage liggen bij het Handelsregister.
- Voor doorhaling van de vennootschap in het Handelsregister wordt daarnaast vereist dat de jaarrekeningen over alle voorgaande boekjaren openbaar zijn gemaakt, behalve als er een ontheffing geldt.
De minister verwacht dat turboliquidaties hiermee transparanter worden en schuldeisers op deze manier beter in staat zijn om, voordat zij verdere juridische stappen ondernemen, te beoordelen of zij daadwerkelijk benadeeld zijn.
Vragen?
Wij zullen u uiteraard op de hoogte houden van het wetgevingsproces en de inwerkingtreding van de nieuwe regels. Heeft u in de tussentijd vragen? Dan kunt u altijd contact opnemen met Martijn Helmstrijd, via m.helmstrijd@oprecht.nl of telefoonnummer 0229-285070.